‘Zou jij eens met Tim willen praten’ vroeg de leerkracht. Natuurlijk wilde ik dat.
Ik had ook gezien dat Tim tijdens de rekenles, terwijl alle kinderen rustig aan het werk waren, drie keer naast zijn stoel was gaan staan en met zijn armen op en neer bewoog en geluiden maakte.
Tim kwam binnen, een beetje bedremmeld. Ik vertelde wat ik gezien had en zei daarachteraan dat ik op zoek was naar de goede reden waarom hij dit deed tijdens de rekenles.
Tim zei: ‘Nou kijk, ik heb dan last van een energie-explosie’. Ik leunde wat naar voren en vroeg: ‘Wow, een energie-explosie? Dat heb ik nog nooit gehad, wat is dat?’ en toen vertelde Tim dat hij ’s nachts niet kon slapen. Hij lag namelijk wakker omdat hij steeds aan zijn sommen moest denken. Hij was bang dat hij die sommen niet goed zou maken. ‘En als je teveel sommen fout maakt, zo vertrouwde hij mij toe, dan ga je een level naar beneden en dat wil ik niet’.
‘En dan kun je niet slapen omdat je in je bed daar aan moet denken?’
‘Nou, niet alleen in bed, ook als ik onder de douche sta en als ik ontbijt en als ik naar school loop.’
‘En dan krijg je een energie-explosie’. ‘Ja’, zei Tim.
‘En wat zou je helpen om niet meer zo bezorgd te zijn over die sommen, vroeg ik?’
Nou kijk, legde Tim mij uit. Als de meester het uitlegt snap ik alles. Maar als ik het daarna alleen moet maken snap ik het weer niet. En mijn vriend is de enige die dat weet. En ik zou graag willen dat hij mij zou helpen als ik het aan het begin even niet snap. Maar hij zit aan de andere kant van het lokaal.
Natuurlijk gingen we aan de meester vragen of zijn vriend naast hem mocht zitten bij het rekenen om hem te helpen en natuurlijk vond de meester dat ook een goed idee.
Ik was blij voor Tim dat hij een oplossing had kunnen bedenken. En toen ik de school uitliep dacht ik ‘wat als ik gezegd had dat hij moest stoppen met dat rare gedrag en dat hij anders straf zou krijgen? Dan had ik nooit geleerd wat een energie-explosie is en wat je er aan kunt doen.