In de winkel
Als je eenmaal Geweldloze Communicatie hebt leren toe te passen in je leven kom je het overal tegen, of zie je situaties waarin je het zo graag zou willen toepassen.
Zo was ik vandaag in de winkel. Een vader en een moeder waren er ook met hun dochtertje. Het dochtertje schreeuwde: “Ik wil eruit. Ik wil er uit, IK WIL ER UIT!!!
Ik ken die situaties nog als moeder. Je voelde je gehaast, had nog net even tijd om een boodschap te doen en dan werkt je kind niet mee. Integendeel. Ze doet haar uiterste best om je op alle manieren tegen te werken lijkt het. Zo voelde ik dat in elk geval als moeder. En dan koos ik een strategie om mijn dochter mee te krijgen. ‘Als we klaar zijn krijg je een ijsje’. ‘Stop met schreeuwen iedereen kijkt naar je’, ‘Als je nu niet ophoudt met schreeuwen word ik hééél boos’ of andere dreigementen.
Allemaal logische reacties van een drukke moeder die probeert alle ballen in de lucht te houden. ‘
Maar vaak waren ze niet erg effectief. Het gevolg was een boze dochter die vaak nog dwarser ging doen en ikzelf die nog gefrustreerder raakte en ik voelde me dan ook nog eens een slechte moeder.
Kan het anders? Heeft Geweldloze Communicatie een oplossing voor dit soort situaties?
Ik denk het wel.
Als ik ga schreeuwen tegen mijn dochter, of dreigen of paaien leer ik mijn dochter dat haar behoeften er niet mogen zijn. Ze moet zich aanpassen en doen wat ik wil. Dat is een basis die haar in haar latere leven kan belemmeren. Beter is het dat ik naar haar behoeften luister en ze benoem. Het zou ongeveer zo kunnen gaan:
Ik “Ik hoor je heel hard schreeuwen dat je hier weg wilt’.
Dochter ‘Jaaaa!!!!! IK wil eruit!!!!’
Ik: ‘Hmmmm je wilt hier niet zijn? Wil je ergens anders zijn?
Dochter: ‘Ja ik vind het hier koud en ik wil met Anna spelen’.
Ik: O je had je erop verheugd dat je met Anna zou spelen en nu ben je mee in de winkel en dat vind je niet leuk?’
Dochter: Nee ik wil veel liever met Anna spelen.
Ik: Jij wil heel graag spelen. Klopt dat?
Dochter: Ja!
Ik: ‘Ik moet een paar boodschappen doen anders heb ik niet genoeg in huis voor het eten en voor morgen. Als we het nu zo snel mogelijk boodschappen doen dan kun je daarna nog met Anna spelen. Hoe is dat voor jou?
Dochter: Hmmm oké, maar dan niet te lang treuzelen.
Ik: Nou kom op, wedstrijdje, wie het eerst de rijst vindt.
Samen hollen we door de winkel en maken er een wedstrijdje van om zo snel mogelijk boodschappen te doen.
We hebben ook nog lol.
Ik heb geluisterd naar de behoefte van mijn dochter en ik heb uitgelegd wat mijn behoefte was. Samen hebben we een manier gevonden om aan beider behoefte tegemoet te komen. Mijn dochter heeft geleerd dat haar behoeften er toe doen en ze heeft ook geleerd te luisteren naar mijn behoeften. En misschien heeft ze ook ontdekt dat je samen kunt zoeken naar een aanpak die voor beiden prettig kan zijn.